Op 25 september deed de Raad van State een belangrijke uitspraak (ECLI:NL:RVS:2019:3269) over de Dienstenrichtlijn. Deze uitspraak inzake een plan voor een perifere supermarkt in Franeker laat opnieuw zien dat goed gemotiveerd beleid de toets van de Dienstenrichtlijn feilloos doorstaat.

De gemeente Franekeradeel weigerde een omgevingsvergunning te verstrekken voor de vestiging van een nieuwe perifere supermarkt buiten de binnenstad van Franeker. De gemeente baseerde zich daarbij op het beleid dat DTNP in 2007 en 2013 voor hen opstelde. In het hoger beroep bij de RvS werd aangevoerd dat het vestigingsbeleid van de gemeente in strijd is met de Dienstenrichtlijn. De RvS toetste het beleid daarom aan de Dienstenrichtlijn en oordeelde dat het beleid goed is gemotiveerd en voldoet aan de noodzakelijkheids- en evenredigheidsvereisten.

Een ander belangrijke afweging die de RvS maakte, gaat over het ‘recht’ op een vestiging. Er wordt nogal eens gesteld dat bij afwezigheid van een geschikte nieuwe locatie binnen een gemeente, er ‘recht’ is op een andere locatie die buiten het vestigingsbeleid van de gemeente valt. De RvS oordeelde dat aan het vestigingsbeleid in algemene zin geen recht op een vestigingslocatie kan worden ontleend en dat derhalve dus ook geen recht bestaat op een locatie buiten de aangewezen locaties als er binnen de aangewezen locaties geen ruimte is.

De uitspraak laat zien dat goed gemotiveerd beleid, zelfs van voor ‘het Dienstenrichtlijn’-tijdperk, stand houdt.

Bijlagen:

• De uitspraak van de Raad van State